André Plasmeijer - 01 Mei 2008

De Kwakel - Elke week wordt een Uithoornaar of Kwakelaar door het Witte Weekblad geïnterviewd. Hij of zij nodigt zelf een opvolger uit en bedenkt de eerste vraag. Vorige week nodigde Rob Rentenaar André Plasmeijer (44) uit. André is een echte Kwakelaar en heeft de eerste vier jaar van zijn huwelijk in Mijdrecht gewoond. Vanaf 1993 woont hij weer in De Kwakel. In 1997 is hij gescheiden. Hij heeft geen kinderen. André houdt van motorrijden en gaat binnenkort aan een nieuwe fase van zijn leven beginnen; halverwege dit jaar vertrekt hij naar Zweden om daar een nieuw leven op te bouwen. Rob wil hem vragen waarom hij naar Zweden gaat emigreren en niet naar een ander land en wat hij er gaat doen.

Op de eerste vraag antwoordt André:

“Dat is een moeilijke vraag; ik vertrek niet zomaar uit De Kwakel. In 2000 ben ik met de motor op vakantie naar Zweden gegaan en dat beviel me uitstekend. Zweden en de andere Scandinavische landen, vind ik geweldig. De bossen, de natuur, de rust en de vele meren hebben mij op een enorme aantrekkingskracht. Je kunt er met de motor lange afstanden rijden zonder een mens tegen te komen. Kennissen van mij zijn in 2003 naar Zweden gegaan en hebben er een hotel overgenomen. Ik ben daar geweest en het is echt een fantastisch gebied. Eén van de redenen dat ik ga emigreren, is dat ik graag nog wil leven.

Mijn vader overleed in 1997 en heeft altijd hard gewerkt. Hij wilde nog allerlei plannen uitvoeren nadat hij stopte met werken maar dat kwam er niet meer van. Ik wil dat graag anders doen. In Zweden heb ik het enorm naar mijn zin. Ik kom er tot rust en kan er heerlijk genieten van het leven. Als het in Nederland avond en nacht wordt, blijft het overal licht. De kassen, de verlichting, je ontkomt er niet aan. In Zweden zijn de nachten echt donker. Ik wil meer genieten van het leven en niet alleen leven om te werken, maar juist werken om te leven. Motorrijden is een hobby van me, maar in Nederland ga ik het liefst zondagmorgen vroeg een stuk rijden omdat het dan nog betrekkelijk rustig is op de weg. Een andere reden om te emigreren, is dat ik het werk dat ik voorheen deed, toch niet meer kan doen. Ik werkte in de tuinbouw, maar anderhalf jaar geleden bleek ik een allergie voor bestrijdings-middelen te hebben ontwikkeld. Ik ben ziek geworden en moest iets anders gaan doen. In Zweden ben ik drie jaar lang op vakantie geweest en heb er meerdere weken doorgebracht. In Nederland zal ik ook ander werk moeten gaan zoeken, dus waarom niet in Zweden? Wat ik precies ga doen, weet ik nog niet. Voor de eerste tijd kan ik via mijn kennissen in Zweden aan de slag en daarna zie ik wel verder. Het idee te emigreren, is dus niet zo ineens ontstaan, maar ik ben er al een paar jaar mee bezig. En Zweden, ja, dat lijkt me duidelijk. Landen als Spanje en dergelijke vind ik te warm. In Zweden is het klimaat geweldig en de mensen spreken me erg aan. Ze zijn graag op zichzelf, net als ik eigenlijk, en het wonen is er heerlijk. Buren zie je wel, maar niet zoals in Nederland, dat iedereen graag even langskomt. De mensen kijken graag eerst de kat uit de boom en zo ben ik ook wel een beetje.”

Hoe vonden familieleden en vrienden het dat u besloten hebt te gaan emigreren?

“Helemaal plotseling was het voor hen ook niet omdat ik al eens had laten vallen dat ik er best zou willen wonen. Dat kwam dan ter sprake als ik van een vakantie terugkeerde en de foto’s liet zien aan familie en vrienden. Het was niet makkelijk om uit te leggen waarom ik erheen wil, maar de meesten vonden het prima, vooral omdat ik het zelf graag wil. Mijn moeder liet weten dat ik ‘moest doen wat ik zelf wilde’ en ze zei dat het gelukkig niet ‘het einde van de wereld’ is. Dat is ook zo natuurlijk; in feite ben ik maar 1400 kilometer van haar vandaan. Als er iets is, ben ik snel terug in Nederland en dat is voor haar een prettige gedachte.”

Wanneer gaat u precies weg en wat moet er allemaal gebeuren?

“Ik heb me natuurlijk redelijk voorbereid op het Zweedse leven. De gebruiken van het land ken ik aardig en in de taal heb ik me wel verdiept, maar daar ben ik nog niet zo ver mee. Dat komt ook omdat in Zweden elk dorp een eigen dialect heeft. Er is een basistaal, maar waar je ook komt, wijkt deze af van het plaatselijke dialect. Zweeds leer je dus het beste in Zweden, maar met Engels kom je ook ver. Wat ik er wil gaan doen, weet ik zelf nog niet zo goed. Misschien begin ik iets voor mezelf, maar in eerste instantie ga ik het gewoon op me af laten komen. Mijn huis staat te koop en is mogelijk verkocht. Er is een voorlopig koopcontract gesloten en – toeval bestaat niet – de vader van de man die het wil kopen, is een Zweed! In Zweden zal ik een huis moeten vinden, maar voorlopig ga ik eerst bij kennissen wonen en tegen kost en inwoning werken voor het hotel. Verder heb ik ter voorbereiding een emigratiebeurs bezocht, daar krijg je allerlei nuttige informatie over emigreren en wat je allemaal moet regelen. In Zweden wonen veel Nederlanders en het land wil dat ook graag. Zweden heeft nog de Kroon als betaalmiddel, maar het levensonderhoud is niet meer zo duur als vroeger. Het ligt nu ongeveer gelijk aan ons land. In principe wil ik in juli ongeveer weggaan. De praktische verhuizing is eenvoudig te regelen, maar dingen als verzekeringen overzetten, AOW en ziektekosten bijvoorbeeld liggen wat lastiger, maar zijn wel belangrijk. Alles gaat eigenlijk uitstekend!”

En wat nu als u er spijt van krijgt?

“Ja, dat zou natuurlijk kunnen, maar ik heb het goed overwogen en als ik nu zeg: ‘Ik doe het niet’, denk ik dat ik daar spijt van krijg! Dat ik later denk: ‘Was ik toch maar gegaan’! Ik ga het gewoon proberen en daar mijn bestaan opbouwen. Lukt het niet, dan kan ik altijd terugkomen naar Nederland, maar dan kan ik wel zeggen dat ik het heb geprobeerd. Je zult altijd en overal moeten werken, maar ik wil graag leven en dat ben ik in Zweden van plan. Ik wil gewoon meer genieten dan ik nu doe en ik denk dat ik het in Zweden zeker naar mijn zin heb. Ik ga naar plaats Munkfors, tussen Oslo en Stockholm in. Het hotel van Ed en Monique van Wieringen ligt daar ook. Ik denk dat ik heel goed ben voorbereid en me voorbereiden doe ik nog steeds. Ik lees veel over Zweden op websites en ben eigenlijk al heel Zweeds georiënteerd. Het moet dus gewoon lukken om daar te aarden!”

Wie wilt u uitnodigen voor het volgende Kettinggesprek en wat wilt u vragen?

“Ik wil graag Ron Mayenburg uitnodigen. Ron heeft altijd supermotor gereden en is er sinds twee jaar mee gestopt. Hij is nu nog wel met motoren bezig, maar meer vanaf de zijlijn als begeleider; het racen is voor hem voorbij. Ron heeft sinds enige tijd een eigen bedrijf en stopt daar veel tijd in. Ik wil hem vragen hoe het voelt om op een andere manier met motorsport bezig te zijn. Daarnaast wil ik graag van hem weten hoe het met zijn bedrijf gaat.”

Bron: Witte Weekblad 2008. tekst Samira Fiesler / Foto: Patrick Hesse, Visionquest.nl.

Gedigitaliseerd door Corinne Hogenboom. Jan. 2016