1879 Gemeenteschool II aan de Boterdijk

In opdracht van de gemeente Uithoorn werd in 1879 aan de Boterdijk bij De Kwakel een Gemeenteschool gebouwd. Dit in navolging van een soortgelijke school in Uithoorn. De school telde aanvankelijk twee lokalen, voor totaal 120 kinderen, en een onderwijzerswoning. Aannemer was J. Kieviet voor en bedrag van € 7000. De eerste steen is gelegd door burgemeester E. B. Fremerij Kalff, tezamen met de wethouders H. Beuk en C. van Dijk.
Met de komst van de nieuwe school werd de oude school, iets verderop (Boterdijk 211), opgeheven. Voor de nieuwe school was het nodig om het slootje langs de Boterdijk aan die zijde te dempen. De Boterdijk zelf, toen nog een smal pad, diende wat verder van de school af te komen liggen. Dit is gedaan door een strook aan de andere zijde te verbreden.

Twee jaar voor de bouw van de school had buurman Arie Pouw in 1877 vergunning gekregen om zijn oude panden, bestaande uit een woning, herberg en slachtplaats af te breken en te vervangen door nieuwbouw. Dit gebouw (later Ons Huis) kwam evenals in 1879 de nieuwe school in de lengte richting langs de Boterdijk te staan. In 1892 is de school vergroot met de aanbouw van een derde lokaal. De ruimte tussen de school en het pand van Pouw werd opgevuld met een brandspuithuisje. Later was dit de Gemeentewerf.

Afbeelding 006 *De ingang van de school was aan de achterzijde. Via een portaal kwam je in de klaslokalen. De twee lokalen waren onderling van elkaar afgescheiden met een houten wand met centraal een groot raamwerk met voor en achter een tussendeur. Iedere klas had vier rijen banken voor elk twee kinderen. Ze zaten met hun rug naar de wegzijde. Per twee rijenbanken was een schoolbord aangebracht. Iedere klas had zodoende twee schoolborden. Midden in het lokaal stond een ronde kachel. Vanuit de onderwijzerswoning was er binnendoor geen directe verbinding met de school. De hoofdonderwijzer diende buitenom van zijn woning naar de school te gaan.

Onderwijspersoneel:

De onderwijzerswoning (toen wijk C17) werd na de oplevering van de school bewoond door Francis Nicolaas Burgler (1852/1908). In januari 1878 was de uit Utrecht afkomstige Frans Burgler gehuwd met Adriana van Wijk, waarna zij zich vestigde in de schoolwoning.
De gemeente Uithoorn had Frans Burgler aangesteld als hoofdonderwijzer op de nieuwe school. Ondanks dat er openbaar onderwijs werd gegeven was onderwijzer Burgler van katholieke afkomst.

Vanaf september 1883 tot aan haar overlijden, woonde ook weduwe Johanna Hillegonda Burgler - Baljet (1820/1887), de moeder van hoofdonderwijzer Burgler, in. Zij overleed in mei 1887 en is opvolgend aan De Kwakel begraven.

* Franciscus Nicolaus Burgler geb 30-05-1852 Utrecht ovl 31-07-1908 De Kwakel, gehuwd 10-01-1878 Utrecht. Adriana van Wijk geb 08-07-1850 Utrecht.

Kinderen:
Johanna Josphina geb 31-01-1879 ovl 05-02-1935 Oudewater Hillegonda Johanna geb 17-07-1880 ovl 14-05-1962 Amsterdam Johannes Petrus Joseph geb 13-12-1884 ovl 21-08-1955 Helvoirt Adriana Johanna geb 21-07-1889 ovl 07-08-1892 De Kwakel Adriana Johanna geb 05-12-1893 ovl 06-01-1921 Bloemendaal 

Een andere onderwijzer was de uit Utrecht afkomstige Cornelis Gijsbertus Hogendoorn (geb 02-10-1858). Deze woonde als onderwijzer vanaf 10 juli 1882 bij de familie Burgler in aan de Boterdijk. Hoelang Hogendoorn als onderwijzer aan de gemeenteschool verbonden is geweest staat niet aangegeven.
In de huishouding bij de familie Burgler werkte er dienstbode Clasina Winters (12-09-1864 Aalsmeer), zij bleef tot mei 1891. Eerder werkte er Theodora van Schaik (1868) als inwonend dienstbode. Zij was per september 1885 naar Mijdrecht gegaan. Eind (18)negentigerjaren was het Agatha Jorna (1875) die in 1897 en 1898 het huishouden verzorgde.
Net na 1900 woonde de uit Amsterdam afkomstige onderwijzeres Janna Jasmina v/d Velden (geb 15-01-1878) in bij de familie Burgler aan de Boterdijk.
Hoofdonderwijzer Frans Burgler (56) overleed op 31 juli 1908. Weduwe Adriana van Wijk bleef daarna nog enkele maanden aan de Kwakel wonen waarna ze met haar jongste dochter naar Amsterdam vertrok.

Afbeelding 008 * De onderwijzeres is Janna Jasmina v/d Velden. Hoofdonderwijzer is Frans Burgler. Van de leerlingen zijn bekend; bovenste rij 2e van rechts Nellie Blommestijn (1898/1987), 2e rij van boven 3e van rechts Rietje Blommestijn (1902/1911), onderste rij, de jongen met het bordje is Jacob Mathezing (1902/1967).

Nieuwe hoofdonderwijzer werd Reinier Zweep (geb 1881 Beerta Gr) In 1905 was Reinier te Almelo gehuwd met Gerritdina Hermina Tijhof (1868/1943). Voor zijn aanstelling aan De Kwakel kwam Reinier van Lonneker (bij Enschede).
Begin maart 1909 verhuisde het gezin Zweep naar de onderwijzerswoning aan de Boterdijk. Aan De Kwakel was men toen inmiddels al bezig met een eigen katholieke school. De gemeenteschool kreeg in de opvolgende jaren te kampen met een sterk teruglopend aantal leerlingen. In 1913 is de gemeenteschool officieel beëindigd. Voor hoofdonderwijzer Zweep was er geen werk meer. In juni 1913 verhuisde het gezin Zweep zodoende naar de Beemster.

Einde gemeenteschool:

In 1909 werd onder het pastoraat van pastoor Kortekaas de bouw gerealiseerd van een eigen RK- parochieschool aan De Kwakel. Hier kon in tegenstelling tot de openbare gemeenteschool gericht katholiek onderwijs worden gegeven. De behoefte of voorkeur hieraan ging op voor de overgrote meerderheid van het toen katholieke De Kwakel. De gemeenteschool aan de Boterdijk werd enige tijd later dan ook opgeheven omdat er geen leerlingen meer waren.

De gemeente Uithoorn besloot het voormalige schoolgebouw aan de Boterdijk te verkopen. Op 15 maart 1913 werd in dit kader een openbare verkoop gehouden. Cornelis Eduard Conijn (broodbakker aan de Vrouwenakker) werd eigenaar van de onderwijzerswoning en Jan Willem van den Heuvel (landbouwer in de Zuiderlegmeerpolder) verkreeg de drie klaslokalen in eigendom. Beide kopers hebben er verder weinig mee gedaan.

Op 5 augustus 1913 verkochten beide eigenaren het geheel door aan Gerardus (Gerrit) van Staveren.  Gerrit van Staveren (1867/1955) had toen inmiddels een florerend timmer- en bouw- bedrijf en was tevens kassier bij de Boerenleenbank. Aan huis hield hij wekelijks zitting voor de bank. Vrijwel gelijktijdig met de aankoop van de oude school verkocht Van Staveren in augustus 1913 zijn timmerbedrijf, dat aan de Kerklaan gevestigd was, aan M. B. C. van Egmond die tot dan voor Van Staveren werkzaam was geweest. Van Egmond werd voor € 900 de nieuwe eigenaar.

Gerrit van Staveren verhuisde opvolgend naar de voormalige onderwijzerswoning van de school aan de Boterdijk. Het naastliggende schoollokaal (Boterdijk 189) werd ingericht als bankkantoor voor de Boerenleenbank die dit in feite weer huurde van kassier van Staveren. Het bankkantoor heeft tot 1957 dienst gedaan. Voor het overige deel (thans Boterdijk 191, 193 en 195) van de school verkreeg Van Staveren op 29-11-1913 vergunning om dit tot woningen te verbouwen.

Boterdijk 185 t/m 195:

De woningen werden aanvankelijk verhuurd door Van Staveren en opvolgend door Hendricus Hendrikse die met dochter Rieka van Staveren was gehuwd en in Amsterdam woonde.

In 1974 zijn de woningen afzonderlijk te koop aangeboden aan de toenmalige huur-ders. De koopprijzen waren toen goedkoop gehouden, rond de € 3000 per woning. Ondanks de schappelijke prijs was het voor de meeste van de toenmalige huurders toch een niet al te gelukkige optie. Het waren toen bepaalt geen populaire woningen.

Kopers van het eerste uur:

185 Theo Röling huurder/bewoner
187/189 Jan van Doorn Jpzn. wonende te Uithoorn
191 Ab Meijer huurder/bewoner
193 Thijs van Doorn huurder/bewoner
195 Anneke Birsak – Kouwenhoven wonende te Nieuwveen

- Nummer 187 was in gebruik als assurantiekantoor door (koper) Jan van Doorn die het bedrijf van zijn vader had overgenomen en zelf toen in Uithoorn woonde.
- Nummer 189 (dat een geheel vormde met 187) werd bewoond door Jaap van Doorn.
- Nummer 195 werd bewoond door Kees Kouwenhoven en zijn vrouw. Dochter Anneke kocht de woning met de intentie dat haar ouders er konden blijven wonen.

Met de verkoop van de woningen ontstonden er aan de achterzijde problemen met de onderlinge erf-indeling. Door de jaren heen waren er op het open erf nog al wat bouwwerken (schuren, garages en een koestal) gezet. Deze bleken geografisch niet geheel in lijn te zijn met de erf-grens. Er was enige creativiteit nodig om uiteindelijk tot overeenstemming te komen.

Bron: Jeroen van Doorn - Kudelstaart.