Jeroen Könst - 5 juli 1999
“Radio Rik wordt steeds professioneler”
Uithoorn – Op de eerste vraag antwoordt Jeroen Könst: “We hebben een hele goede groep van ongeveer veertig mensen, zij zorgen ervoor dat Rik in de lucht blijft. Het loopt automatisch goed, zowel op financieel gebied als op het gebied van de omroep zelf.”
We zijn begonnen als een kleine piraat en nu zijn we veel professioneler. We streven ernaar steeds beter te worden als lokale omroep. Er vallen mensen af, en er komen mensen bij. Soms neemt iemand een kennis mee die het leuk vindt, en als het nodig is zetten we een advertentie. We willen graag op een aantal van ongeveer veertig vrijwilligers blijven en niet verder groeien. Dan is het overzicht een beetje weg. De mensen die zich nu inzetten zijn heel enthousiast. De een is dat met een uurtje in de week en een ander met dertig uur. Degenen die een bestuursfunctie vervullen steken er automatisch veel tijd in omdat er veel geregeld moet worden. Als er bijvoorbeeld controle van het commissariaat van de media is moet alles klaar zijn. Zo zijn er meer zaken waarmee we rekening moeten houden, de programmaraden en heel belangrijk, de financiële kant moet rond zijn. Niemand van ons heeft een opleiding op dit gebied. Alleen de hoofdtechnicus is een echte techneut. Iedereen die het leuk vindt kan radio maken. Je hoeft er geen verstand van te hebben. We zien ook graag vutters bij onze ploeg omdat zij overdag meer tijd hebben.”
Kunt u iets vertellen over het bestuur en de functie die u daarin vervult?
“Radio Rik is een Stichting. We zijn altijd programmaleiders geweest en twee jaar geleden zijn we een zelfbestuur geworden dat uit vijf mensen bestaat. Het vroegere bestuur, waaronder een secretaris en een ad interim voorzitter, besloot toen te stoppen. Daarom hebben we met een groepje het besluit genomen om het bestuur zelf voor onze rekening te nemen. Vanaf het begin gaat het goed. Financieel gaat het ook goed, al hebben we geen vette bankrekening. De rekeningen kunnen allemaal wel betaald worden en daar gaat het om. Ik heb binnen het bestuur de functie van hoofdredacteur, maar ik noem mezelf liever zendercoördinator. De voorzitter, Erik Schootemeyer, is een echt bestuurslid. Hij leidt vergaderingen goed en houdt ze kort en krachtig. Eens in de zes weken wordt er officieel vergaderd. Buiten de vergaderingen om hebben we ook veel contact. Ik ben gemiddeld tien tot twintig uur in de week kwijt aan Rik. Het exacte aantal is moeilijk aan te geven omdat er steeds andere zaken geregeld moeten worden. Nu zijn we veel tijd kwijt geweest aan de winterprogrammering. Daar is meer vrije tijd in gaan zitten dan normaal.”
Hoe is het radiostation ontstaan?
“In 1979 was er een piraat in De Kwakel die “Cyclus” heette. Een groep jongens uit De Kwakel was daarmee begonnen. Ik was een van hen. De groep jongens die de piraat in de lucht hield viel door onenigheid in 1981 uit elkaar; de ene groep wilde radio Veronica nadoen, de andere groep wilde een serieuze lokale omroep worden. Toen is de naam Rik ontstaan, die naam betekent Radio Info De Kwakel. Die naam hadden we tot 1988. Toen zijn we legaal geworden maar de naam was al zo ingeburgerd dat we besloten hebben om dat zo te laten. We hadden ook lokale omroep Uithoorn kunnen gaan heten maar door de bekendheid van Rik zouden we de luisteraars in verwarring brengen bij een naamsverandering. Als piraat hadden wel al contact met de gemeente; het werd gedoogd, maar nu bestaan we tien jaar legaal. We zijn ook altijd gesteund door de gemeente. Officieel zijn we in maart 1989 begonnen. Met de juiste groep mensen zijn we steeds verder gegroeid.”
Hoeveel uur radio wordt er per week gemaakt?
“De zender staat vierentwintig uur per dag aan en we zenden zelf ’s avonds van zeven tot twaalf uur uit. Vijf dagen per week in de winter. In de zomer zenden we minder uit. Op zaterdag van negen uur ’s ochtends tot zeven uur ’s avonds. In totaal is dat 56 á 57 uur per week. De rest van de tijd wordt gevuld door Radio Noord-Holland. Die 56 uur moeten voldoen aan de eisen van de mediawet, dat houdt in dat minstens vijftig procent van onze programma’s voldoet aan de ICE norm. Dat staat voor Informatie Cultuur en Educatie. Wij kunnen die uren niet opvullen door alleen muziek uit te zenden. Dan worden we tot de orde geroepen door het commissariaat van de media, dat kan bijvoorbeeld inhouden dat de vergunning ingetrokken wordt. Er staan programmaraden achter ons, daarin nemen twaalf of dertien vaste groeperingen uit de gemeente zitting, zoals de kerken of de jongeren. Uit elke organisatie is iemand aangewezen en met elkaar vormen ze de programmaraad. Die raad keurt ons programmabeleid goed zodat er voor elke groep iets is. De gemeente moet toestemming geven en erkennen dat de programmaraad bestaat. Dat is goed geregeld. Onlangs is er weer overleg geweest over de winterprogrammering. Het gaat allemaal heel officieel. Het is nu dus heel anders dan vroeger toen Rik nog een piraat was.”
Heeft Radio Rik donateurs of krijgt de zender subsidie?
“We hebben donateurs maar we krijgen geen subsidie. Wat we wel hebben zijn sponsors. En we hebben inkomsten uit de reclame die op de radio wordt uitgezonden. Ook programma’s worden gesponsord. Een bedrijf verbindt zijn naam dan aan een programma. Met het bedrijf sluiten we bijvoorbeeld een jaarcontract. Voor dergelijke zaken hebben we iemand binnen het bestuur die de p.r. doet.”
Kunt u iets vertellen over de programma’s die gemaakt worden?
“Er zijn vier secties. Jongeren, Sport, Informatie en Algemeen. Onder de sectie Algemeen vallen ook de kerkelijke en klassieke programma’s. Jongerenprogramma’s bevatten veel muziek van deze tijd en onder algemene programma’s vallen alle soorten muziek, ook uit de jaren zestig. Door de week proberen we zoveel mogelijk soorten muziek te draaien, want jongeren maken hun huiswerk met de radio aan. Op zaterdag is het meer een doe-dag en draaien we allround muziek. Zondag, de familiedag, wordt er veel sport uitgezonden. De voetbaluitslagen van de wedstrijden uit de regio worden door een verslaggever gebracht, tussen vier en zes uur ’s middags. Eens in de drie maanden hebben we het Politiek Café, een discussieprogramma tussen politici en andere groepen. Wij blijven objectief bij zo’n programma. We hoeven geen mening uit te dragen. Destijds met de Cindu-ramp hebben we bewezen dat we als vrijwilligers heel goed in staat zijn om op een professionele manier radio te maken. De ramp gebeurde om tien voor tien en Rik was om vijf voor tien in de lucht. Met een goed programma vol informatie. Radio Noord-Holland belde ons voor informatie en de BBC wilde een kort item over de ramp. Ik hoop niet dat er weer zo’n ramp gebeurt, maar voor ons was het toen gunstig. Ook de contacten met de plaatselijke media, zoals de regionale kranten, zijn inmiddels heel goed.”
Hoe lang blijft u dit nog doen?
“Ik weet het niet. Ik heb gezegd dat ik er na twintig jaar mee zou stoppen. Daar ben ik inmiddels al overheen, maar het blijft leuk. We hebben nu een heel krachtig bestuur en we willen elkaar niet laten zitten omdat het nu zo goed gaat. Het thuisfront moet er wel achter staan, dat is belangrijk want ik ben vaak avonden weg. Ik ben wel gestopt met het maken van een programma op zondag omdat ik ook kinderen heb”.
Hoe is Radio Rik te ontvangen?
“Binnen de gemeente Uithoorn via de kabel 104.5 en in de ether ongeveer een kilometer of twintig in de omtrek. Dat heeft onder andere te maken met de weersgesteldheid.”
Wie wilt u uitnodigen voor het volgende kettinggesprek en wat wilt u vragen?
“Dat is Theo van Rijn. Hij is al twintig jaar voorzitter van het Oranjecomité in De Kwakel. Het Oranjecomité organiseert onder andere het Polderfeest en De Kwakelse Kermisoptocht. Ik wil hem vragen hoe het comité dat elk jaar weer voor elkaar krijgt. De vereniging bestaat enkel uit vrijwilligers en ze organiseren zoveel verschillende evenementen… Bovendien is het zo dat degenen die belast zijn met de organisatie zelf niet kunnen meefeesten.”
“We hebben in het verleden wel bewezen dat we als vrijwilligers in staat zijn om op een professionele manier radio te maken.”
Foto: Robert Joore