Peter Oudshoorn - 12 januari 2000

“De nieuwe structuur binnen het bestuur van KDO maakt het overzichtelijker”

De Kwakel – Peter Oudshoorn woont al twaalf jaar in De Kwakel. Hij is getrouwd met Monique en ze hebben twee kinderen. Peter werkt als projectmanager bij Honeywell ESD, een bedrijf dat onder meer inbraakbeveiligingsapparatuur voor grote bedrijven bouwt. Daarnaast is hij onder andere voorzitter van KDO. Johan Stange wil van hem weten hoe hij een vereniging als KDO, bijna een bedrijf op zich, draaiende kan houden zonder daarbij zijn andere bezigheden, het gezin en zijn werk tekort te doen.

Op de eerste vraag antwoordt Peter: “Ik vraag me dat ook wel eens af, want het kost veel vrije tijd. Het kan ook alleen maar als je partner erachter staat en die balans hebben wij gelukkig gevonden. Ondanks dat mijn vrouw Monique vanwege haar werk voor het CDA in de gemeenteraad regelmatig weg is, kunnen we het goed regelen. Als de een van huis is, blijft de ander thuis. Gelukkig kan ik veel bestuurswerk voor KDO ook vanuit huis regelen. Een aantal jaren geleden hebben we een nieuwe structuur bedacht voor de vereniging. Vroeger was het zo dat er allemaal afdelingsbesturen waren voor handbal, volleybal, zaalvoetbal en veldvoetbal. Het bestuur van de veldvoetbal was daarnaast automatisch verantwoordelijk voor het reilen en zeilen van de hele vereniging. Daar zijn we toen van afgestapt door het instellen van een hoofdbestuur waardoor het veldvoetbalbestuur zich met zijn eigenlijke taken kon gaan bezighouden. Het hoofdbestuur draagt nu zorg voor de faciliteiten van de vereniging. Daar ben ik voorzitter van. Met de diverse takken van sport heb ik direct niet veel te maken. Daar liggen mijn interesses ook niet zo. Ik vind het veel leuker om bestuurlijk in het grote geheel bezig te zijn. De gebouwen moeten intact blijven, er zijn personeelsleden in dienst voor de kantine en de sporthal, daar moeten zaken voor geregeld worden, en dergelijke. Daar heeft het hoofdbestuur mee te maken. Omdat KDO veertig weken in het jaar zeven dagen in de week open is, gaat daar best veel werk inzitten”.

Hoe bent u destijds bij KDO terechtgekomen?
“Ik ben een jaar of negen terug toevallig voorzitter geworden van het handbalbestuur. Dat heb ik een jaar of drie gedaan en ik wilde daarmee stoppen. In die tijd was de vereniging net bezig met het omvormen van de oude naar de nieuwe structuur en ik ben gevraagd om voorzitter te worden van het hoofdbestuur. Op dat verzoek ben ik toen ingegaan. Door die nieuwe structuur is het een stuk overzichtelijker geworden. Met de oude samenstelling moest de voorzitter van het veldvoetbalbestuur zich met voetbalaangelegenheden bezighouden, problemen oplossen en had de verantwoording voor de hele vereniging. Je moet de vereniging inmiddels als bedrijf benaderen om alles lopende te kunnen houden. Je kunt als bestuur niet zomaar beslissingen nemen; er moet echt een visie achter zitten om de continuïteit te waarborgen. Inmiddels ben ik alweer een jaar of zes voorzitter, na een interim periode, en dat bevalt me prima”.

Uit hoeveel mensen bestaat het hoofdbestuur momenteel?
“Het hoofdbestuur bestaat uit vijf vaste mensen die het dagelijks bestuur vormen, voorzitter, penningmeester, secretaris en een tweede penningsmeester en een tweede secretaris. Dat bestuur wordt aangevuld met de voorzitters van de afdelingen voetbal, zaalvoetbal, handbal en volleybal. Binnen het veldvoetbal is er nog een jeugdbestuur maar dat valt weer onder het bestuur van het veldvoetbal. We hebben weinig bestuurswisselingen en dat is wel prettig: we kennen elkaar door en door en soms is een half woord al genoeg”.

Hoeveel leden heeft KDO bij elkaar?
“We zitten tegen de achthonderd leden aan. Dat zijn dan alle leden van alle afdelingen tezamen. Dat aantal groeit nog steeds. Door de nieuwbouw die rondom ons wordt gebouwd komen er steeds meer leden bij de vereniging. Er zijn ook een aantal leden vanuit Meerwijk west die bij ons komen sporten. Dat heeft, denk ik, te maken met de verhuizing van Legmeervogels; de afstand vanuit Meerwijk west naar KDO is vermoedelijk veiliger voor de jeugd af te leggen dan naar het nieuwe sportcomplex Randhoorn. We zijn niet actief bezig om leden te werven, maar het aantal leden groeit vanzelf. Legmeervogels en KDO zitten elkaar niet in de weg, we hebben allebei onze eigen doelgroep”.

Hoe zijn de prestaties op dit moment?
“De prestaties bij het eerste zondag team van de voetbal zijn matig. We begonnen goed, maar na een paar wedstrijden zwakte dat af. Een aantal spelers zijn gestopt en er zijn nogal wat blessures. Het belangrijkste vind ik dat de afdelingen goed draaien en de sportieve prestaties zijn mooi meegenomen. Zolang er geen problemen zijn binnen de afdeling gaat het goed. Voor een vereniging als KDO, vind ik het belangrijker dat de sfeer in de hele vereniging goed is. Wij zijn ook geen vereniging om in de hoogste klassen mee te spelen. Daarvoor moet je tegenwoordig heel wat in huis hebben. We willen geen spelers gaan betalen. We zijn natuurlijk toch afhankelijk van de vrijwilligers. En gelukkig hebben we er nog altijd genoeg die willen helpen”.

Wat is nu het belangrijkste bij KDO?
“De gezelligheid staat voorop. Ik denk dat de mensen die bij ons komen sporten en lid zijn ten eerste komen omdat alles bij ons goed is geregeld. Als alle zaken goed geregeld zijn komt de gezelligheid vanzelf. Daar hebben we bij KDO geen moeite mee”.

Worden er evenementen georganiseerd naast het sporten?
“Ja, we hebben net de oliebollentoernooien achter de rug, daar heeft elke afdeling wel een variant van. Rond Pasen hebben we het Willem Verlaan toernooi. Dat toernooi is genoemd naar oud-voorzitter Willem Verlaan. Dat is een jeugdtoernooi voor voetbal, volleybal en handbal. Dan is er altijd een damesvoetbaltoernooi op Hemelvaartsdag. De afdeling handbal organiseert een jeugdinstuif dat een of tweemaal per jaar plaatsvindt. Bij de voetbal worden er wel eens speciale trainingen gegeven door gastdocenten. Elke afdeling heeft wel zijn eigen evenementen om niet alleen maar de gewone trainingen en wedstrijden te houden. Daarnaast is er een activiteitencommissie die allerlei thema-avonden organiseert voor de diverse jeugdgroepen”.

Wat heeft de vereniging de laatste jaren gedaan?
“Waar wij erg mee bezig zijn geweest, is het inhalen van de achterstand in het onderhoud van de clubaccommodatie. Dat lopen we nu heel hard in. Het kost veel geld maar dankzij onder andere de opbrengst van de Kwakelse Veiling kon bijvoorbeeld de keuken verbouwd worden. Door de wetgeving moest er op het hygiënische vlak een en ander verbeterd worden. De keuken moest dus aangepast worden. Het ketelhuis is inmiddels ook verbouwd. De grotere klussen worden uitbesteed want alleen met vrijwilligers is dit moeilijker te realiseren. We zijn bezig met het renovatieplan voor de sportvelden in samenwerking met de gemeente. Zo hebben we nu een schitterend WeTra veld.
Een Wedstrijd-Trainingsveld. Dat is echt fonkelnieuw. In de grasmat zit kunstgras verwerkt. Door die fraaie structuur kun je er veel langer, veel meer uren op terecht. Op een trainingsveld kun je normaal vierhonderd uur terecht en op dit nieuwe veld is dat negenhonderd uur. Het bestuur moet zorgen voor de continuïteit en gelukkig hebben we een sporthal staan die dat voor een deel opvangt. Basisscholen hebben er gymnastiek in en dat levert inkomsten op. De sporthal en alle gebouwen zijn eigendom van KDO en alleen de sportvelden worden van de gemeente gehuurd voor een symbolisch bedrag. Het onderhoud en dergelijke moeten we grotendeels zelf bekostigen. De laatste twee jaar zijn we erg druk geweest met de sponsoring. Dat wilden we op een professionele manier op poten zetten. Er is een commissie samengesteld met vertegenwoordigers uit de afdelingen. Sponsoring is belangrijk maar we willen niet afhankelijk zijn van de sponsors. We hebben heel veel kleinere sponsors en niet alleen een hoofdsponsor. Alles wat we gesponsord krijgen, wordt direct omgezet in trainingspakken, shirts en dergelijke. Het geld dat overblijft, wordt aan de jeugd besteed. Voor het eerste voetbalelftal van de zondag hebben we prestatie sponsoring opgezet. Voor elke gewonnen wedstrijd betaalt elke sponsor die wil meedoen, honderd gulden. Dan zie je als bestuur dat een hoop kleine sponsors ineens een behoorlijk bedrag opleveren voor de afdeling voetbal. Onlangs is er een Internet Site opgezet die eigenlijk een direct gevolg is van het E-mail gebruik. Een aantal enthousiaste mensen heeft dat gerealiseerd. Dat is hartstikke leuk en op www.kdo.nl is veel informatie te vinden over KDO”.

Heeft u nog iets toe te voegen aan dit gesprek?
“De vrijwilligers zijn voor een vereniging van het grootste belang. Zonder hen kan geen enkele vereniging draaien. Het gemak waarmee sommige ouders hun kinderen naar een vereniging sturen om ze later weer op te halen, steekt tegenwoordig de kop op. Zonder ouders die helpen, kan een vereniging het niet redden. Een stukje waardering en een beetje begrip voor het werk dat de vrijwilligers doen, mis ik wel eens. Verder zijn we gewoon een leuke middelgrote vereniging die aardig mee kan draaien en ik hoop dat we dat nog jaren kunnen blijven doen”.

Wie wilt u uitnodigen voor het volgende kettinggesprek en wat wilt u vragen?
“Ik wil graag de heer Jos Bouma uitnodigen. Hij is directeur van de Robert Kennedyschool in De Kwakel. Ik wil hem vragen hoe hij denkt het hoofd boven water te kunnen houden ondanks de problemen met het lerarentekort en de klassenverkleining”.

Peter Oudshoorn over zijn voorzitterschap bij KDO: “Het neemt veel tijd in beslag en het kan ook alleen maar als je partner erachter staat”.

Bron: Witte Weekblad 12-01-2000 – gedigitaliseerd door Corinne Hogenboom