Theo van Rijn -12 juli1999

“Het Polderfeest wordt in 2000 al voor de vijfentwintigste keer georganiseerd”

Mijdrecht – Op de eerste vraag antwoordt Theo van Rijn: “Vier tot vijf keer per jaar hebben we een vergadering. Het feestcomité telt nu 38 leden. Voor de kermis hebben we altijd minder mensen die helpen omdat de meesten zelf in de optocht meedoen of met andere dingen bezig zijn. Dan moeten we wel eens schipperen. Met het Polderfeest is iedereen er. Dan helpen de partners van de leden ook mee.

Voor het Polderfeest zijn minstens vijftig mensen nodig. We maken een taakverdeling, zodat iedereen weet wat hij of zij moet doen en wanneer. Mensen zijn dan tussendoor vrij. Gelukkig lukt het ons nog elk jaar om voldoende mensen te vinden die een deel van één van de dagen willen helpen. Naast de leden hebben we ook andere vrijwilligers die een avond achter de tap willen staan of iets anders doen”.

Hoe en wanneer is het Oranjecomité ontstaan en sinds wanneer bent u erbij betrokken?
“Ikzelf ben er al tweeëndertig jaar bij betrokken, waarvan ruim twintig jaar als voorzitter. In die jaren is iemand anders een jaar of twee voorzitter geweest, omdat ik het te druk had met mijn werk.

Vroeger bestond de groep uit onder andere Theo Roling, Piet Verburg, Kees Zaal en Gerrit Hoogenboom. Ik ben er al jong bij betrokken omdat de oudere generatie op zoek was naar jongere mensen, en langzaam ben ik er verder ingerold en belandde ik in het bestuur. Als voorzitter help ik ook mee, maar vanuit die functie moet ik ook taken verdelen. Ik roep na elke drie jaar dat ik ermee stop, maar tot nu toe is dat nog niet gelukt.

Er komen wel jongere mensen bij. Aan hen hebben we veel steun, maar de ouderen moeten hen nog bijstaan. Als ik stop als voorzitter, blijf ik wel het bestuur bijstaan. De jongeren moeten hierin een kans krijgen. Het bestuur bestaat uit zeven of acht mensen en jaarlijks komen er jongeren bij.

Het Oranjecomité was opgericht om op Koninginnedag iets te organiseren in De Kwakel. Het comité bestaat al ruim vijftig jaar. Tegenwoordig gebruiken we de naam Oranjecomité niet veel meer; alleen op Koninginnedag gebruiken we die naam nog. Nu worden we meestal Feestcomité genoemd. We organiseerden vroeger alleen de kermis en de evenementen op Koninginnedag. De Kermis is al rond 1900 ontstaan. Vanwege de oorlog zijn zowel de kermis als de evenementen met Koninginnedag een tijdje weggeweest, maar daarna is het Oranjecomité weer opnieuw begonnen. Het Polderfeest, dat is ontstaan in de polder door op een zondag polsstokspringen te gaan organiseren, kwam er later bij.

De jeugd van KDO heeft altijd een sport- en spelweekend, en we hadden het idee opgevat om een zomerfeest te organiseren. In eerste instantie bestond het hele programma alleen uit polsstokspringen. Er stond een klein tentje dat de mensen drooghield als het regende, en bij Hoogervorst mocht men douchen. De biertap ontbrak uiteraard niet. Maar het gebeuren was zo’n grandioos succes, dat we het jaar erna een grotere tent hebben geregeld. Het feest begon op al zaterdagavond en liep door tot zondagavond. Inmiddels is het een groot evenement dat donderdag begint en duurt tot en met zondag.

Vroeger werd het gehouden op het land van een kweker, maar tegenwoordig is er een evenemententerrein beschikbaar. Als het weer goed is, komen er een paar duizend mensen. Als bestuur streven we ernaar om kostendekkend te draaien. Donderdag is de Polderloop. Na afloop ervan treedt er altijd een bekende artiest op, zodat we ervan verzekerd zijn dat er veel publiek komt.

Omdat de toegang gratis is, verdienen we alleen aan de versnaperingen en de drank. Vrijdag is er een kindermiddag. ’s Avonds treedt er een band op. Het moet een Kwakels feest blijven. We vinden het op zich niet erg als er mensen van buiten De Kwakel komen, wat ook gebeurt, maar het moeten er niet teveel worden. Anders moeten we naar een grotere tent en dat willen we eigenlijk niet, omdat het dan niet meer te overzien is. Nu hebben we elk jaar al EHBO posten en lopen er uitsmijters rond om te zorgen dat het leuk blijft voor iedereen. Het meest bekend is de kermis voor de kinderen, waar elke attractie altijd een kwartje kost. Ook rijdt er een treintje door De Kwakel. Zondagavond is het feest rond zes uur afgelopen. Daarna hebben we een soort afsluiting voor alle mensen die hebben geholpen. We eten gezamenlijk en praten nog wat na. Omdat het Polderfeest volgend jaar, in 2000, voor de vijfentwintigste keer georganiseerd wordt, denken we erover om het feest een of twee dagen langer te laten duren”.

Wat is u het meest bijgebleven van al die jaren?
“Ik heb nooit een jaar overgeslagen, en voor mij is het meest belangrijk dat alles goed is verlopen. Als iedereen het leuk heeft gehad, ben ik dik tevreden. Dan doe ik het met liefde het jaar erop weer”.

Kunt u iets over uw vroegere werk vertellen?
“Mijn ouders hadden een boerderij. Ik wilde deze niet overnemen, en besloot bij een kweker te gaan werken. Ik heb de tuinbouwschool gevolgd en vervolgens ben ik een kwekerij in De Kwakel begonnen. In totaal heeft het bedrijf twaalf jaar in De Kwakel gezeten. We kweekten rozen en anjers. We verhuisden met het bedrijf naar de Oosterlandweg in Mijdrecht, daar heb ik nog twintig jaar gewerkt. We begonnen weer met het kweken van rozen, later gingen we over op potplanten. In 1992 moest het bedrijf leeggeruimd worden vanwegen de affaire met de Trips Palmi, een beestje dat de planten aantast.

Per 1 juli van dit jaar ben ik gestopt, maar we zijn nog bezig met de afwikkeling van die affaire. Met mij erbij waren er drie kwekers die het bedrijf leeg moesten maken op last van de overheid”.

Wie wilt u uitnodigen voor het volgende kettinggesprek en wat wilt u vragen?
“Ik wil graag Cees Lek uitnodigen. Hij is kweker en doet nog aan de oude teelt. Daarnaast is hij de man die in 1976 in De Kwakel is begonnen met de Mister Snor verkiezing, tijdens een soort reünie die georganiseerd was door het Oranjecomité. Die verkiezingen werden op meer plaatsen in het land gehouden. Mijn vraag is of hij daaraan nu nog steeds meedoet”.


“Gelukkig lukt het ons nog elk jaar om voldoende mensen te vinden”.