1902 - 1982 Tinus Duif ( Winters)

Martinus Winters (Tinus Duif), geboren 4-7-1902 Ouderkerk aan de Amstel, overleden op 28-06-1982 te De Kwakel.
Gehuwd met Antonia Borgman (Tonia), geboren 10-04-1902 Sloten en overleden op 19-06-1981 te De Kwakel.

Tinus zijn vader, Steven Winters was ondermeer knecht op de boerderij bij Jan van Doorn sr. aan de Boterdijk. De familie Winters woonde toen op de naastgelegen kerkwerf aan de Boterdijk. Hier bracht zoon Tinus zijn jeugdjaren door.

Van daggelder tot winkelier
Tinus is ooit begonnen als boerendaggelder in dienst bij Nees Wahlen op boerde­rij "Weltevreden" achter de Vuurlijn. Tinus is later in Amsterdam gaan werken bij ijzerhandel Leeuwenberg. Hier is de eigenlijke basis gelegd voor zijn latere winkel aan de Drechtdijk.

Rond 1930 laat hij iets versprongen voor zijn woning een houten winkelpand bouwen door timmerman De Horde. In de winkel werd gaande weg van alles verkocht, zo waren er sieraden, knikkers, tollen en ander speelgoed, klompen en laarzen, hand- en tuingereedschap, mollen-klemmen, touw, verf, zinkwerk zoals teilen en emmers, tot aan diverse soorten gaas en prikkel-draad.
De houten vloer van de winkel werd regelmatig voorzien van nieuw karton dat als vloerbedek­king fungeerde. De winkel was hoofdzakelijk het domein van zijn vrouw, waar Tinus zich alleen in latere jaren wat meer mee bemoeide. Om het een en ander te vinden moest dan regelmatig de hulp worden ingeroepen van zijn vrouw, "HEE OUWE WAAR KAN IK DAT VINDEN"!!.

Met een engelengeduld kwam vervolgens vrouw Winters de winkel in om het een en ander te regelen. De winkel was niet verwarmd met als gevolg dat vrouw Winters haar naam eer aan deed en met een dikke jas aan de klanten stond te helpen. Het kopen van servies leverde thuis nogal eens een ver-rassing op als de laag stof er af gewassen werd. Uiteindelijk na het overlijden van vrouw Winters in 1981 is de winkel nog een jaar open gebleven. In 1982 kwam Tinus zelf te overlijden en is de winkel middels een leegverkoop beëindigd. In 1983 zijn de winkel en het woonhuis gesloopt.

De woning
Net naast de bakkerij van Leenders stond, wat naar achter toe, een oude stenen woning (gebouwd in 1875 voor Cornelis Verhoef). In de jaren twintig woonde daar Vrouw Kroone. Deze vrouw was door haar leeftijd wat krom gaan lopen. Na haar overlijden kwam de woning vrij voor het echtpaar Winters-Borgman. In die jaren was het er een waar vogelparadijs. Van een papegaai tot aan kippen en eenden in alle soorten en kleuren.

Duiven
Van jongs af aan was Tinus al met duiven en ander pluimvee in de weer. Vooral duiven werden een waar specialisme, zo zelfs dat in later jaren Tinus de beste duivenkeurmeester van Nederland was. Tinus had wat met duiven. Tijdens de Tweede Wereldoorlog ging dat zelfs zo ver dat hij middels postduiven berichten ging verzenden. Een en ander gebeurde ergens vanaf een adres aan de Legmeerdijk (Aalsmeer). Nu was het zo dat zelfs het houden van postduiven in die jaren verboden was, je zou er berichten mee kunnen versturen zullen de Duitsers gedacht hebben. Tinus hield zijn duiven dan ook zoveel mogelijk onder de vloer wat redelijk goed ging. Maar met het versturen van berichten vanaf dat adres aan de Legmeerdijk ging het op zekere dag een keer mis en Tinus werd gesnapt en moest onderduiken.
De Duitsers kregen Tinus en zijn duiven niet te pakken. Geen nood! Dan zolang zijn vrouw maar in bewaring stellen dat moest toch helpen. En zo gebeurde het dat vrouw Winters in het gevang terecht kwam. Zelfs dit was voor Tinus geen aanleiding om zich aan te geven en hij liet zijn vrouw rustig vast zitten.

Importeur van de Knobbelzwaan
Tinus kreeg ooit de opdracht van een of andere kasteelheer om mooie witte zwanen te leveren. De beesten waren bedoeld om de slotgracht en de omliggende tuinvijvers op te sieren. Dit verzoek, waar Tinus geen probleem van maakte, heeft tot op de dag van vandaag grote gevolgen gehad.

Vanuit Frankrijk importeerde Tinus namelijk een partij knobbelzwanen Niet alleen voor zijn op-drachtgever, maar ook zelf hield hij wat stelletjes aan. Jarenlang hebben deze beesten zich kunnen voortplanten in de Uithoornse polder. Ieder jaar moesten de beesten worden gekortwiekt om verdere verspreiding te voorkomen. Met een lange hengelstok waaraan een touwtje was bevestigd met aan het einde een klein steentje werden de beesten een voor een gevangen door simpelweg het dunne touw om de nek te slaan. Vooral in de winters ging dit goed als de zwanen bij elkaar dobberden in wakken en werden bijgevoerd. De kunst was om aan de vleugeleinden enkele pennen te laten zitten waarbij de ene vleugel er twee meer had dan de andere. Bij het aangroeien bleven de zwanen zo toch het gehele jaar vleugellam simpelweg omdat zij uit evenwicht raakten als zij probeerden te vliegen. Jarenlang heeft Tinus zo deze zwanen gefokt en her en der verkocht. Uiteindelijk ging dit over en werd er niet meer gekortwiekt waardoor de zwanen inmiddels overal verspreid zijn.

Kippen
Tinus zat overal, zo kocht hij eens een stel slecht ogende kippen op. Te zijner tijd zou hij dan andere goede kippen leveren, handel is handel. Bij Tinus thuis kregen de opgekochte kippen een opknap-beurt. Dit lukte zelfs zo goed dat enkele weken later de beesten niet meer waren te herkennen. En zo gebeurde het dat Tinus dezelfde kippen enige tijd later weer terug verkocht aan de oude eigenaar. De man verbaasde zich over het gedrag van zijn nieuwe kippen, de beesten voelde zich zo thuis!!
Met dank aan mevrouw C.van 't Hart-Hogenboom voor de foto's.

Andere Tijden tekst door Jeroen van Doorn - Kudelstaart (2006)