1992 - Vooral als ze aan de bar staan, houden ze ervan veel te praten

DE KWAKEL HEEFT ieder jaar behoorlijk wat te vieren. Een Polderfeest, een braderie, een kermis en een sport- en spelweekend. Deze bijna traditionele evenementen worden met veel enthousiasme georganiseerd en met minstens zoveel enthousiasme bezocht. En telkens overheerst er het gevoel van 'Kwakelaars onder elkaar'. Juist dat 'wij-gevoel' is zo typerend voor De Kwakel.

May Verhoef (64) is iemand die in de Kwakelse gemeenschap zijn sporen ruim verdiend heeft. Al tientallen jaren zet hij zich in voor het plaatselijke sociale leven. En nog steeds is hij daaruit niet weg te denken, bijvoorbeeld vanwege zijn inspanningen voor de Katholieke Ouderenbond en het dorpshuis 'De Quakel'. Verhoef is bovendien geboren en getogen Kwakelaar. Als er iemand is, die iets over de verbondenheid van de Kwakelse gemeenschap kan vertellen, is hij het wel. "Ja, je kunt wel zeggen dat het wij-gevoel hier sterk leeft. Dat merkte je bijvoorbeeld aan de jongeren in de tijd dat hier nauwelijks gebouwd werd.
Ze waren gedwongen om ergens anders te gaan wonen. Maar velen kwamen na verloop toch weer hier terug, als het enigszins kon."

"Ook aan zo'n Polderfeest zie je dat die verbondenheid er is. Veel geboren Kwakelaars die nu bijvoorbeeld in Kudelstaart wonen, komen voor zo'n evenement weer hier naar toe. Dan kunnen ze andere Kwakelaars ontmoeten en bijpraten. Dergelijke feesten fungeren echt als een reünie."

80-plussers
"De sociale binding is heel belangrijk voor De Kwakel. Het begint al heel vroeg bij bijvoorbeeld een sportvereniging als KDO. Dat is een ideale ontmoetingsplaats voor kinderen. Het draait natuurlijk ook om sport, maar het sociale element is ook heel belangrijk."
"En als je dan de resultaten van het onderzoek leest dat de Stichting Welzijn Ouderen naar 80-plussers heeft gedaan, wordt het beeld nog eens bevestigd. In De Kwakel krijgt ruim 40 procent regelmatig hulp van kinderen, in Uithoorn 25. Dat is niet zo'n groot verschil, maar het zegt wel iets. Opvallender is dat 72 procent regelmatig aanloop van buurtgenoten krijgt, terwijl dat in Uithoorn maar 27 procent is. Misschien is dat wel karakteristiek voor een kleine kern, maar het onderzoek geeft toch wel aan dat men hier in vreugde en verdriet met elkaar meeleeft."

Kapsones
"Maar het is niet alleen de grootte van de gemeenschap die een rol speelt. Het is ook een beetje dat niemand zich voor laat staan op zijn beroep of zijn geld. Kapsones hoort niet bij de Kwakelaar. Doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg, vindt men hier."
"Waar een Kwakelaar ook niet van houdt, is lang praten over iets. Als er iets op touw gezet moet worden, doet hij het liever dan dat hij er ontzettend lang over praat. Nou ja, praten doen ze wel graag, maar dan aan de bar."

"Je hoort weleens: 'als je niet uit De Kwakel komt, hoor je er nooit echt bij'. Ik denk dat dat niet zo is. Je moet je wél geven en aanpassen aan de mentaliteit, anders lukt het niet. Maar voor het bestuur en activiteiten rondom het dorpshuis heb ik bewust import-Kwakelaars als vrijwilliger gevraagd. Niet alleen om die erbij te betrekken, maar ook omdat ze bepaalde kwaliteiten hadden. En daar zie je dat de integratie vrij goed verloopt.''

"Belangrijk is dat je naar de ander toegaat, zelf de eerste stap zet. Als je die stap doet, dan weet ik zeker dat je hier inkomt. De laatste jaren komt veel import in De Kwakel wonen, want er wordt behoorlijk wat gebouwd. Het grootste deel daarvan past na een tijdje goed in de gemeenschap. Kijk, je hebt natuurlijk altijd mensen die heel erg op zichzelf zijn en geen behoefte hebben aan veel sociale contacten. Maar dat moet ieder voor zich weten."

"Als ik het blaadje van KDO lees, zie ik daar veel vreemde namen bij. Namen die van oorsprong niet in De Kwakel thuishoren. Neem nou die Johan Stange (topscorer in het KDO-elftal). Zijn familie komt van buitenaf, ik geloof dat het Fokker- mensen zijn. Hij heeft veel aanbiedingen gehad om op een hoger niveau te komen spelen. Maar hij wil helemaal niet weg: hij heeft het bij KDO veel te goed naar zijn zin. Dat zegt toch wel wat."

Moeilijk
"Door die saamhorigheid, dat gevoel van elkaar willen helpen, is de Kwakelse Veiling ieder jaar weer een succes. Ik denk dat negentig procent daar niet naartoe gaat, omdat ze een koopje willen hebben. Ze gaan er naartoe voor de gezelligheid en omdat ze weten dat hun geld voor de Kwakelse verenigingen bestemd is. Daarbij letten ze heus niet zo op hun geld."

"In veel gemeenten zie je dat er te weinig vrijwilligers zijn voor de organisatie van evenementen. Dat is hier niet aan de orde. Maar ook hier is het de laatste tijd wel wat moeilijker geworden. Voor eenmalige activiteiten valt het nog wel mee. Maar voor een langere termijn wil men zich niet meer zo graag binden."
"Of men wil alleen in het bestuur van een school of vereniging zolang zijn of haar kind die instelling bezoekt. Vroeger gebeurde het vaak dat de mensen naast hun werk en gezin een aantal avonden per week aan het gemeenschapsleven besteedden. Dat is nu veel minder zo."

,,De mensen zijn mobieler, hebben meer geld en vakanties, zijn meer gesteld op hun privacy en gaan graag uit. Daarom binden zij zich minder gemakkelijk. De gevolgen daarvan voor het vrijwilligerswerk zijn in heel Nederland te merken. In vergelijking daarmee mogen we helemaal nog niet mopperen."